Mijn TE modelbaan 2.0 - 5

Hans Shunter

Active member
Hallo Forumleden,

Dit keer is de stroomvoorziening aan de beurt.

Hiervoor maken we een zogenaamde "RINGLEIDING" onder de baan, waarbij je op iedere gewenste plaats stroom kan afnemen t.b.v. de rijstroom, verlichting, diverse scenery en wisselbediening.

Wat hebben we hiervoor nodig;

Drie trafo's type 5599, 12v = / 1 A en 14v ~ /1 A
Twee trafo's type 5539, 14v ~ / 3.2 A.
Rollen 220v installatiedraad van 10 mtr. in de kleuren zwart, bruin, blauw en geel/groen.
Deze zitten meestal verpakt bij elkaar en is dus wat goedkoper.
lasdoppen. Daarmee kan je meerdere draden onderling verbinden.
Kroonsteentjes.
Rolletjes isolatietape, o.a. verkrijgbaar bij Action.
UTP computerkabel. zie " Mijn TE modelbaan 2.0 - 4 ".
Boortje van 4 mm.
Een multimeter of een lampje met fitting en draad van 12v, 50 mA.
Een contactdoos 220v voor 5 aansluitingen
Snoer en stekker, 220v.
Noodstopknop, 220 - 380v. Verkrijgbaar via internet.

8924508.gif

Ik ben uitgegaan van het midden van de onderplaat, maar je kan natuurlijk ook een zo gunstig mogelijke plaats uitzoeken voor de ringleiding.
Dit over de hele lengte, of verloop van de baan.
Bij een wat bredere baan kan je ook de ringleiding daadwerkelijk ook in een ring onder de baan plaatsen.

20200312_151031_LI.jpg

Ik heb dit zodanig ingedeeld dat de draad kleuren voor de rijstroom altijd overeen komen met de rijrichting. zie de blauwe letters op de foto.
Uitgaande van dubbelspoor in Nederland, rechts rijdend.

Boor in de staande ribben gaatjes met een onderlinge afstand van 2 1/2 cm., op 1 cm vanaf de onderkant rib.
Neem een potlood en schrijf boven het gaatje de letter die correspondeert met de te plaatsen 220v draad.

BLAUW is de midden geleider van de rails, massa van de gelijkstroom, BLAUWE klem van de trafo.
Tevens de nul van de wisselstroom.. ( ZWART, Leg ik later uit...)
BRUIN = ROOD is voor de RECHTER spoorstaaf en tevens de RODE klem van de MIDDELSTE trafo, deze is voor de rijrichting naar RECHTS.
GEEL / Groen is voor de LINKER spoorstaaf en de RODE klem van de LINKER trafo, deze is voor de rijrichting naar LINKS.
Naast de bruine draad trekken we een ZWARTE voor de rijstroom voor BEIDE spoorstaven van het stoomdepot met draaischijf, dit voor BEIDE rijrichtingen.
Deze verbinden we met de RODE klem van de RECHTER trafo.
Naast de geel/groene draad trekken we een zwarte en die noemen we S voor de straatverlichting.
Naast deze draad trekken we nog een ZWARTE en die noemen we H voor de verlichting van huisjes e.d.
Om overbelasting van de trafo's te voorkomen, heb ik er voor gekozen om leiding H te splitsen, naar links, H 1 en rechts H 2.
Deze draad markeren we met gekleurde isolatietape om deze te onderscheiden van de andere naastgelegen zwarte draad.
Naast deze trekken we een BLAUWE voor de stroomvoorziening van wissels en relais, genaamd W.

Zet de trafo's naast elkaar op een geschikte plaats, waar je veel overzicht hebt over de baan, met eventueel een 220v stopcontact voor een stekkerblok met 5 aansluitingen!
Vanaf deze plaats begin je de draden te trekken naar links en rechts van de baan en koppel deze met de lasdoppen.
Steek een stukje draad met een half kroonsteentje in de lasdop en verbind deze met de corresponderende trafo.
Span de draden op d.m.v een half kroonsteentje na de rib vast te zetten.

We hebben nu maar liefst ZEVEN draden die de ringleiding vormen.

20200414_102835.jpg
20200414_102719_LI.jpg

Sluit de trafo's als volgt aan;

Neem zwart installatiedraad en verbindt alle ZWARTE EN BLAUWE KLEMMEN met elkaar door, dus alle Xen.
Neem een klein stukje zwart met een half kroonsteentje en zet deze ook op de eerste klem X van de Depot trafo.
verbind vanaf het kroonsteentje leiding M en ook aan SCH, de schakelaars groen en/of geel.
Nu zijn de trafo's onderling met elkaar verbonden aan M.

De zwarte en blauwe klemmen van de trafo's zijn resp. de nul ( wisselstroom ) en de MIN pool ( gelijkstroom ).
Op deze manier heb je de mogelijkheid om met de rijdende trein, een impulscontact 6535, via de middenrail, seinen, relais en/of wissels te schakelen.

Monteer de noodstopknop tussen de stekker en de contactdoos.
Plaats het geheel bij de trafo's.
Zorg dat de noodstop UIT staat, dus knop uitgetrokken!
Steek de stekker van de stekkerdoos in het stopcontact.
Doe de stekkers van de trafo's D en R op volgorde in de stekkerdoos.
Neem de multimeter of lampje en zet de meetpennen of draadjes op de BLANKE klemmen van de trafo's.
Hiermee meet je de onderlinge spanning.
Meet je ongeveer 30 volt of brand het lampje, dan is dit FOUT!!!
Trek de 220v stekker van de trafo D uit de contactdoos, draai deze een HALVE slag en plaats hem weer terug.
Meet nogmaals tussen D en R.
Blijft de meter uitslaan of brand het lampje nog, doe dan de stekker weer in zijn oude positie terug en herhaal de procedure met stekkertrafo R.
Zijn de metingen nog niet goed, neem dan de stekker van de contactdoos uit het stopcontact, draai de stekker een halve slag en doe deze weerin het stopcontact en herhaal de hele procedure.
Meet nogmaals en slaat de meter NIET uit of er brand GEEN licht, dan is het GOED !!!
Doe de stekker van trafo L in het stopcontact en meet daarna tussen de Blanke klemmen van de trafo's R en L.
Meet nu tussen deze twee trafo's en staat alles op nul of er brand niets, dan is dat helemaal GOED!!!
Zo niet, herhaal de procedure zoals van trafo D en R.

Alle DRIE de trafo's staan nu IN FASE, m.a.w. er zijn nu GEEN onderlinge spanningen, ze wijzen alle drie met de neus dezelfde kant op.

Markeer vervolgens met een permanente stift de stekkers en de contactdoos met een merkteken aan een kant van de stekkers, zodat je die ALTIJD in dezelfde positie in het stopcontact steekt!!!!

EEN VOORWAARDE is dat de trafo's van hetzelfde type zijn !!!
Verschillende type's "matshen" NIET met elkaar !!!
Doe je dit niet, dan kan door de spanningen de schakelingen gaan vonken!
In het ergste geval kunnen de trafo's elkaar overvoeden en DOORBRANDEN !!! BRANDGEVAAR!!!

20200414_103611.jpg

Sluit nu de trafo L, met de rode klem aan op de geel/groene leiding.
Zo ook van de blanke klem naar de linkerkant van de baan op H 1.
Sluit nu de trafo R, met de rode klem aan op de bruine/rode leiding.
Zo ook van de blanke klem naar de rechterkant van de baan op H 2.
Sluit nu trafo D, depot, met de rode klem aan op de zwarte leiding D, gelegen naast de rood/bruine.

Waarom 2 groepen voor de verlichting van de huisjes ?
Omdat je maar 20 lampjes van 12v en 50 mA op 1 trafo 5599 mag aansluiten, 20 x 50 = 1000 mA , totaal dus 1 Ampère.
Dus kunnen we nu 40 lampjes voor huisjes en andere scenery plaatsen...

We zijn nu klaar met het rij gedeelte.

20200414_102937.jpg


Maak een geschikte plaats voor de twee blauwe trafo's type 5539 en zet ze naast elkaar.
Verbind de twee linker klemmen van de twee trafo's met Zwart installatiedraad aan elkaar.
Verbind de linker klem van de linker trafo met BLAUW installatiedraad aan de BLAUWE ringleiding, via de lasdop. Deze is rood, zie foto.
Verbind de rechter klem van de rechter trafo met geel/groen installatiedraad aan de lasdop van de buitenste BLAUWE leiding W voor stroomvoorziening van wissels en relais.
Verbind de rechter klem van de linker trafo met bruin draad naar een aparte schakelaar voor de bediening van de straatverlichting S.
Vanaf de ze schakelaar sluit men een draad aan de leiding S.

Steek de stekkers in de contactdoos.
Meet m.b.v. de multimeter of lampje de onderlinge spanning tussen beide RECHTER klemmen van de trafo's.
Is deze rond de 30v of brand het lampje?
Gebruik dan de eerder beschreven procedure.

De BLAUWE leiding is nu de gemeenschappelijke min, nul, middenrail draad, voor alle 5 ! de trafo's.

Waarom twee zulke sterke trafo's ?

Nou dat zal ik u vertellen....
Ik gebruik voor deze baan +/_ 50 lampjes voor de straatverlichting en +/_ 6 elektrisch bedienbare wissels en 4 relais.
Nu is de kans erg klein dat deze allemaal tegelijk zullen schakelen, maar toch...

Deze trafo levert 14v~ en 3.2 Ampère
Wissel - en relaisspoelen trekken ongeveer 0.4 Ampère, 400 mA.
Lampjes zijn 12v= en 50 mA.
Je kan dus maximaal 60 lampjes aansluiten van 50 mA., 60 x 50 = 3000 mA = 3 Ampère, of 8 wissels en/of relais tegelijkertijd laten schakelen. 8 x 400 = 3200 mA = 3.2 Ampère.
Het is even rekenen, maar je kan ook een gemengd geheel aansluiten, als je maar niet boven de 3,2 Ampère uitkomt.

Om van spoor te wisselen bij dubbelspoor worden 2 wissels tegelijk geschakeld, dat is dus 0.8 oftewel 800 mA.
Laat je er tegelijkertijd een extra wissel bij schakelen of een relais, dan trekt dat samen 3 x 0.4 A = 1.2 A, 1200 mA.

Dat is dus voor een groene trafo 5599 te veel, want die levert maar 1 Ampère.
Hij wordt dan OVERBELAST en zal dan langzamer of NIET schakelen!
Heb je in je baan meerdere van deze wisselstraten, die soms tegelijkertijd schakelen, dan zal dat dus niet werken!
Met als gevolg LUID gebrom, warm lopen en misschien DOORBRANDEN !!!

Boor in de bodemplaat bij de wissels een gaatje voor de doorvoer van de stroomdraden.
Zo ook voor de huisjes en andere te plaatsen scenery.
Ontmantel +/_ 1 1/2 cm van de blauwe en de H 1 leiding links of H 2 voor rechts naar de schakelaars en sluit de verlichting aan.
Sluit zo ook met de corresponderende leidingen de wissels en relais aan.

20200414_102955.jpg

Sluit de rijdraden aan zoals beschreven in "Mijn TE modelbaan 2.0 - 4"
Voor het aansluiten van wisselstraten, relais, schakelingen en vele andere items, verwijs ik naar TE raadgever.

Trix express raddgever.png

Ik kan mij zo voorstellen dat dit erg veel stof is en dat je er he-le-maal koekoek van wordt.
Lees het nog een keer op je gemak door.


Tot een volgend onderwerp...

Mvg Hans
 
Laatst bewerkt:
  • Leuk
Waarderingen: GND
Bovenaan